woensdag 15 februari 2023

woestijn 3



Jezus at niet en dronk niet. 

Maar ik zag Hem gesterkt door engelen. 

Hij was niet uitgemergeld door Zijn lange vasten, hoewel Hij volkomen bleek en wit werd.

De grot was niet helemaal op de top van de berg. Erin zat een opening waardoor de wind kil en rauw blies, want in dat seizoen was het koud en mistig. De rotswanden van de grot waren bezaaid met gekleurde aderen; als ze waren gepolijst, zou men denken dat ze geverfd waren. 

Er was genoeg ruimte in om plaats te bieden aan Jezus, of hij nu knielde of op de grond lag, zonder dat Hij zich direct onder de opening bevond. De rots buiten was overwoekerd door achterblijvende doornstruiken.



Op een dag zag ik Jezus voorover op Zijn gezicht liggen. 

Zijn ongeschoeide voeten waren rood, gewond door de ruige wegen... 

want Hij was blootsvoets naar de wildernis gekomen. 

Soms stond Hij op en bad opnieuw liggend op de grond. 

Hij was omringd door licht. 




Plotseling werd er een geluid uit de hemel gehoord... 

er stroomde licht in de grot en talloze engelen verschenen die allerlei dingen met hen droegen. 

Ik was zo getroffen, zo overweldigd, dat ik het gevoel had in de rotsachtige wand van de grot gedrukt te worden; en vervuld van het gevoel van iemand die viel, begon ik te schreeuwen: 'Ik ga vallen! Ik ga naast mijn Jezus vallen!'

En nu zag ik de groep engelen diep voor Jezus neerbuigen, Hem hun eerbetoon aanbieden en toestemming vragen om hun missie aan Hem te ontvouwen. 

Ze vroegen Hem of het nog steeds Zijn wil was om als mens te lijden voor het menselijk ras, zoals het Zijn wil was geweest om de schoot/boezem van Zijn hemelse Vader te verlaten, om vlees te worden in de schoot van de Maagd. 



Toen Jezus bevestigend antwoordde... 

en zijn lijden opnieuw aanvaardde, zetten de engelen een hoog kruis voor hem neer, waarvan ze de delen hadden meegebracht. Het had de vorm zoals ik die altijd zie, uit vier delen, zoals ik altijd de wijnpers van het kruis zie. Het bovenste deel van de romp, dat wil zeggen het deel dat tussen twee ingestoken armen opstond, was eveneens gescheiden.

Vijf engelen droegen het onderste gedeelte, drie het bovenste. Drie de linker en drie de rechterarm. Drie droegen de richel waarop Zijn voeten rustten, en drie een ladder. Een ander had een mand vol touwen, koorden en gereedschap, terwijl weer anderen de speer, het riet, de staven, de geselingen, de doornenkroon, de spijkers, de spotgewaden droegen - kortom, alles wat voorkwam in Zijn Passie.

Het kruis bleek hol te zijn. 

Het kon worden geopend als een kast... 

en dan toonde het de ontelbare martelwerktuigen waarmee het gevuld was. 

In het centrale deel, waar het Hart van Jezus werd gebroken, waren alle mogelijke emblemen van pijn verstrengeld in allerlei angstaanjagende instrumenten, en de kleur van het kruis zelf was hartverscheurend, de kleur van bloed.

De verschillende delen vertoonden verschillende tinten symbolisch voor de pijn die daar te verdragen is, maar ze kwamen allemaal samen, zoals zovele stromen, in het hart. De verschillende instrumenten stonden ook symbool voor toekomstige pijnen.



In het kruis waren ook vaten met azijn en gal... 

evenals zalf, mirre en zoiets als kruiden... 

misschien een voorafbeelding van Jezus Zijn dood en begrafenis.

Er waren ook een aantal open rollen als blokken van ongeveer een hand breed. 

Ze hadden verschillende kleuren, en erop stonden pijn en moeite geschreven die door ontelbare soorten lijden moesten worden verwezenlijkt. De kleuren waren kenmerkend voor de verschillende graden en soorten duisternis die door dat lijden zouden worden verlicht en verdreven. 

Wat volkomen verloren was, werd getypeerd door zwart. 

Dorheid, droogte, agitatie, verwarring, verwaarlozing werden gesymboliseerd door bruin. 

Rood was veelzeggend voor alles wat zwaar, aards, sensueel was. 

Terwijl geel verwijfdheid en afschuw van lijden aanduidde. 

Sommige rollen waren half geel en half rood. 

Die moesten helemaal wit worden gebleekt. 

Er waren andere wit als melkstromen... 

en de letters erop glinsterden en glinsterden. 

Ze betekenden het gewonnene, het voltooide.

Deze gekleurde banden schrift waren als een opsomming van alle pijnen die Jezus in zijn sterfelijk leven zou moeten doorstaan, al zijn inspanningen, alles wat de apostelen en anderen Hem zouden laten lijden.

Toen verschenen voor Hem, als in een processie, al die mensen door wie het meest intens gevoelde lijden zou komen dat Hij zou moeten ondergaan, de boosaardigheid van de Farizeeën, het verraad van Judas, de beledigingen van de Joden bij Zijn bittere en schandelijke dood.

De engelen regelden alles, ontvouwden alles voor de Heiland en deden alles met onuitsprekelijke eerbied, zoals priesters die de heiligste taken uitvoeren. Terwijl zo de hele Passie zich ontvouwde en tot in detail aan Zijn blik voorbijging, zag ik Jezus en de engelen huilen.



Bij een andere gelegenheid... 

zag ik de engelen Jezus voorleggen: de ondankbaarheid van mensen, het scepticisme, de minachting, de spot, het verraad, de ontkenning door vrienden en door vijanden, tot op het moment van Zijn dood, en daarna. Alles ging in beelden aan Hem voorbij, evenals Zijn lijden en arbeid die geen vrucht zouden dragen. 

Maar tot Zijn troost toonden ze Hem eveneens alles wat zou gewonnen door ze. 

Terwijl deze beelden voorbij zweefden, wezen de engelen ze met een handbeweging aan.

In al deze visioenen van Jezus' lijden zag ik altijd Zijn Kruis bestaan uit vijf soorten hout. 

De armen erin gezet met een wig eronder en een blok waarop de voeten moesten rusten. 

Het stuk boven het hoofd, waarop de inscriptie stond, zag ik apart aangebracht. 

Want de stam van het kruis was te laag om het opschrift boven het hoofd toe te laten. 

Het paste als het deksel op een naaldenkoker.


[emmerich]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten