"Vlak na zijn legerdienst, in maart 1912...
trekt Edward naar het Grootseminarie Leo XIII in Leuven.
Het is met tranen van geluk dat hij er binnen gaat: 'O, wat is Onze-Lieve-Heer toch goed, om mij op dezelfde dag uit de walgelijke kazerne te halen en in Zijn heilig huis te ontvangen', schrijft hij aan zijn zus zr. Maria-Desirée.
In de president van het seminarie, Abel Brohée, een uitzonderlijk vurig priester, vindt Edward onmiddellijk de ideale geestelijke leidsman. Hij wordt zijn trouwe leerling. Biograaf F. Van de Velde wijst er op dat Brohée aanhanger was van een te radicale ascese. Dat kan, maar onze toekomstige heilige vindt bij hem het geluk.
Het is ook op dat moment dat Edward een nieuwe ontdekking doet: de H. Louis-Marie Grignion de Montfort, van wie de 'Traité de la Vraie Dévotion' voorgoed op zijn nachtkastje belandt.
Bij de Franse heilige vindt hij hetzelfde radicalisme als bij zijn geestelijke vader, die zegt: 'De wereld moet voor u dood zijn, en gij voor de wereld. Weiger categoriek tot de wereld te behoren.' En ook: 'Ge moet sterven aan uzelf, zo ge niet wilt dat later uw apostolaat onvruchtbaar is, en niets voortbrengt voor de hemel.'
-
Die gestrengheid wordt echter ruim gecompenseerd...
door een tedere, troostende, verzadigende devotie tot de H. Maagd.
Op Maria-Boodschap, 25 maart, vraagt hij aan zijn hemelse Moeder om hem in haar schoot te ontvangen als een nieuwe Jezus. Hij ontvangt op hetzelfde moment een voelbare genade, die hem de zekerheid schenkt verhoord te zijn.
Hij is daar zo gelukkig om dat hij, wanneer hij buiten de poort van de kapel een goede vriend tegenkomt, die vastgrijpt en meevoert in een rondedans, zoals David voor de Ark. 'Dat is de enigste danspartij geweest in mijn leven. En ik moet er niet om blozen, want ‘t was voor Onze-Lieve-Heer!'
-
Alles wat wij vanaf nu nog zullen zeggen over de Maagd Maria, en meer bepaald over Maria Middelares, is de verdere ontwikkeling van die zekerheid: dat er een band bestaat tussen elke gedoopte en de H. Maagd. Zij is werkelijk onze Moeder, zij draagt ons in haar schoot, zij heeft de taak om ons te baren voor het goddelijk leven in eeuwigheid, om van ons nieuwe, andere Christussen te maken.
Zoals Edward het formuleert in zijn geestelijk dagboek: 'Gedenk dat ik mij gans aan U heb gegeven met al wat ik heb. Hart en hoofd, ze horen U toe. Welaan dan, liefste Moeder, bedek mij met uw wijde mantel. Laat mij opgroeien aan uw zijde. Maak van mij, spijts mijn gebreken, uw volmaakt kind, een nieuwe Christus.'
Hij geeft zichzelf totaal aan zijn Moeder: 'Totus tuus ego sum et omnia mea tua sunt! Rustend op uw hart zal ik gehoorzaam luisteren, en zal ik leren hoe ik lijdend moet liefhebben. Ik heb het lijden aanvaard.'
Ondertussen is het op het seminarie niet allemaal rozengeur en maneschijn.
Edward is een vurig leerling van president Brohée, maar hij krijgt te maken met een bepaalde groep seminaristen die erg liberaal zijn ingesteld. Dat brengt hem van zijn stuk. Er gaapt een kloof tussen enerzijds de radicale geest van de H. Louis-Marie Grignion de Montfort, die ook de geest is van Abel Brohée, en anderzijds de liberale geest die velen in zijn ban heeft.
Die verscheurdheid wordt nog vergroot door een geloofscrisis die twee jaar zal duren. Pijnlijk, maar weldadig. Als men zijn geschriften leest, ziet men hoe die moeilijkheden zijn ziel sterker maken en hem overtuigen van iets dat hij nooit zal vergeten, en dat hem zal beschermen tegen de geest van de Katholieke Actie [KSA, KAJ... vs. KVHV e.d.] die rond die tijd in België geboren wordt, en die helaas veel jonge priesters zal verleiden.
'Het uitwendig leven, zelfs de meest uitstekende werken, mogen u nooit het gebed doen vergeten, het lezen van het brevier. Ge beeldt u wat in als ge in de veelvuldigheid en de hoogdringendheid van uw uitwendige werken een voorwendsel vindt om uw gebed, uw brevier of uw H. Mis te verhaasten, te verwaarlozen of te vergeten.'
Op 14 juli 1913 behaalt hij zijn doctoraat in de filosofie. Tijdens de vakantie gaat hij op bedevaart naar Lourdes. Later zegt hij dat hij daar één van de mooiste weken van zijn leven doorgebracht heeft."
[bron]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten