zaterdag 10 juni 2023

edward poppe 2





"Edward wordt geboren... 

in het Scheldestadje Temse op 18 december 1890. 

Het bakkersgezin waarin hij het levenslicht ziet, is niet arm, maar evenmin gefortuneerd. Van de elf kinderen zullen er slechts acht overleven, zes meisjes en twee jongens. Edward is de oudste van de jongens en de derde in de rij. 

Zijn ouders zijn voorbeeldige christenen. Al hun kinderen zullen de geestelijke staat aannemen, behalve de voorlaatste, Marie, die in de wereld blijft om voor haar bejaarde moeder te zorgen - maar ook Marie wijdde zich aan God door de geloften van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid af te leggen.


boven jongetje met strohoed, tekenles


Edward is een vrolijk kind. 

Heel open, vriendelijk, intelligent en vroom. 

Hij doet zijn eerste communie op 11 jaar. Wardje verdient dan de eerste prijs voor catechismus; hij krijgt daarvoor een eremedaille, waarop hij heel fier is. Wanneer hij echter ziet dat een vriendje, dat tweede geëindigd is, moet wenen van verdriet, schenkt hij hem de medaille. 

Heel zijn leven zal Edward dat blijgezinde, extroverte karakter behouden, samen met de aanleg om grapjes te kunnen maken en gemakkelijk een wederwoord te vinden.



Zijn ouders staan bekend om hun naastenliefde. 

Vader, eerder zwijgzaam, ziet met lede ogen de miserie van het arbeidersvolk. Hij is een bewonderaar van priester Daens, de voorvechter van de arbeiders tegen de liberale en kapitalistische patroons. Wanneer Adolf Daens in 1898 echter uit het ambt ontzet wordt, haalt vader Poppe zijn portret weg uit de bakkerij; niettemin blijft zijn hart kloppen voor de armen.


standbeeld aan OLV-kerk Temse

Al op heel jonge leeftijd zegt Edward dat hij priester wil worden. 

Maar daarna spreekt hij er niet meer over omdat zijn vader wil dat hij bakker wordt: zo kan de bakkerij vergroot worden en kan het gezin, dat soms moeite heeft om de eindjes aan elkaar te knopen, wat extra inkomsten verwerven. 

Edward helpt trouwens al, van jongs af aan. Hij moet het brood aan huis brengen. Later zal hij zeggen dat hij zo de wereld heeft leren kennen. In de huizen, de families die ruzie maken. In de herbergen, de dronkaards, het gevloek, de vuile klap, het geroddel. Wat een verschil met thuis! 

Men kan zich voorstellen hoe de verstandige jongen dat verschil opmerkt en er met zijn ouders over praat. En hoe die hem het verschil tussen goed en kwaad uitleggen, de noodzaak van de godsdienst, maar ook hoe ze hem leren om medelijden te hebben met al die arme mensen."


[bron]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten