maandag 12 juni 2023

edward poppe 16



"Met Edwards gezondheid gaat het zo bergaf... 

dat hij in de herfst van 1918 benoemd wordt tot rector van een kleine communauteit: de zusters van de H. Vincentius a Paulo in Moerzeke bij Dendermonde. 

Op 7 oktober, na de mis van OLV van de Rozenkrans [Lepanto...], vertrekt hij voorgoed uit de parochie waar hij zoveel gezaaid heeft en schijnbaar zo weinig geoogst: een molenaarskar geladen met twee koffers, een hoop boeken en wat schamele huisraad, en onder het zeildoek Edward Poppe. 

Enkele stille parochianen wuiven hem uit in de druilerige regen. Op het moment dat de kar een bocht neemt, zien zij nog even het vertrouwde, lijkbleke, maar glimlachende gelaat van hun geliefde onderpastoor die vriendelijk naar hen wuift.



Hij wordt in Moerzeke heel hartelijk verwelkomd. 

Zijn opdracht is niet zwaar: hij moet zich bekommeren om een twaalftal zusters, en om de kleine groep van bejaarden en wezen voor wie zij zorgen. Bovendien zal moeder Poppe de toelating krijgen om bij haar zoon haar intrek te nemen. De overste van de communauteit beseft onmiddellijk dat de nieuwe rector een heilige is.

Tot zijn grote vreugde vindt Edward een zusterziel in de jonge onderpastoor van Moerzeke, Leo De Keukelaere, die bij hem in het rectorshuis komt wonen. Leo is lid van de Filioli Caritatis, de door Robrecht Messiaen gestichte priesterbeweging. Edward en Leo besluiten om hun leven broederlijk te delen, samen te bidden, elke avond bij elkaar te biechten, te ijveren voor het ideaal van het heilig priesterschap.



Toch zal die gelukkige periode, die nog extra glans krijgt door het zo lang verhoopte einde van de Grote Oorlog, van korte duur zijn. Eind december wordt Leo zwaar ziek, en kort daarop moet hij berecht worden. Zijn doodstrijd is lang en zwaar. 

Op een dag, terwijl Edward bij de stervende zit te bidden, roept deze plots uit: 'Het geheim van Maria! Het geheim van Maria!''Wat is er, Leo?', vraagt Edward bezorgd. – 'Maria, dat is alles! Maria beminnen, dat is alles! De Liefde tot Maria is als een Vlam die aangestoken wordt. Aangezien wij daartoe bestemd zijn, wat kunnen we beter doen dan ons geheel in Haar Handen te geven? Zij is de Liefde zelf... In Haar hebben wij alles...' 

De 31-jarige geestelijke overlijdt op 5 januari 1919.





De rust van Moerzeke maakt dat Edward terug wat energie vindt. 

Hij besluit de werking van de Filioli nieuw leven in te blazen... 

en schrijft aanmoedigende brieven naar de vele vrienden. Zijn gedachte is de eenvoud zelf ; hij drukt ze schitterend uit in een brief aan Eugeen Heyrman, een seminarist in Leuven, die hij wil aanmoedigen om veeleer een heilige dan een geleerde te worden :

'Ik bid voor u, broeder, opdat gij gans uw leven een vurige Filiolus [kleine jongen] moogt blijven. Geleerdheid is een christelijk hulpmiddel, maar tenslotte komt alles op heiligheid neer en vloeit alles daaruit voort. Een heilige weet meer dan een geleerde, kan meer dan een geleerde, durft meer dan een geleerde...

Broeder, gij zult daar van dichtbij de toekomst van ons katholiek leven leren schatten: gij zult zien wat zedelijke wrakken en verminkte idealen de Alma Mater onder haar vleugelen krijgt. Gij hebt te Gent gezien wat godsdienstige ellende daar heerst bij rijk en arm. Gij zult overal zien, tot in kloosters en gestichten toe, hoe weinig, hoe bitter weinig Jezus bemind wordt... De onverschillige mensen zakken met ganse steden, met ganse landen naar socialisme en heidendom weg. Een schoon sermoen over hel of hemel houdt die massa niet meer tegen. Ze groeien aan en zakken weg... 

Die ontaarde zinkende massa wordt maar tot zien en tot staan gebracht door de komst van een heilige. Bidden wij dat Jezus in ons midden heilige priesters doet opstijgen, ware heiligen wiens evangelisch eenvoudig leven de onverschillige mensen tot bedenking, ja tot verwondering en inkeer brengt. 

Hebt ge nog niet nagegaan in de levens der heilige priesters wat een lichtkring ze neervlekken rondom zich, in hun duistere omgeving? Wat een verstrekkende ommekeer ze in stilte verwekken door hun heilig leven? Wat navolgers ze rondom zich aantrekken en meevoeren in hun ideaal priesterleven?'


[bron]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten