woensdag 3 september 2025

rené schwob 9






'Schwob maakte de dagelijkse communie tot een regel: zonder kon hij niets doen.

"Op dit moment heb ik de hostie nodig zoals ik voedsel nodig heb."


Hij ontving ze ook dagelijks om dieper door te kunnen dringen in de kennis van God en Zijn Mysteries. Zijn eenvoudige, trouwe dagelijkse contact met de Heilige Hostie wekte de aanhankelijkheid van zijn ziel aan de geopenbaarde dogma's op en versterkte ze zelfs.

Anderen willen zonder enige twijfel geloven vóór ze beginnen te praktiseren - hij, door een geheime verlichting van de Heilige Geest, beoéfende het christendom ten volle om de Genade van een oprecht en volledig geloof te verkrijgen. 


Zijn verlichtingen hadden verbazingwekkende effecten:

hij begreep dat de Eucharistie de ziel aanzet tot zelfverloochening en innerlijk leven,

dat het een bron van kracht is, dat het onvergelijkelijk is om het geloof te laten groeien,

dat het een factor van eenheid en eenwording is.



Het is niet dat hij geopenbaarde waarheden verwaarloosde.

De een na de ander, Sint-Jan van het Kruis, Bossuet, Franciscus van Sales en anderen, bezorgden hem grote vreugde. Maar Christus bleef zijn grote Leermeester, die elke ochtend tijdens Zijn eucharistische ontmoeting tot in het diepst van zijn ziel sprak.


De gedachte aan de Hostie, onthullend en kalmerend, bleef hem bij

en gaf hem de moed om volhardend te blijven streven:

"De gedachte die gisteren uit de diepten van mijn ziel opkwam, kwam vandaag weer bij me terug: ooit zal de Communie die ik ontvang de laatste van mijn leven zijn...

En terugkijkend zal ik betreuren dat ik te weinig inspanningen heb geleverd voor mijn vervolmaking en zo onsuccesvol was in de inspanningen die ik wel heb geleverd.

En deze gedachte aan die laatste Hostie verhelderde plots mijn denken, over mijn huidige leven, over het feit dat ik geen tijd meer mag verspillen, mijn inspanningen niet langer mag laten verslappen."





En zo breidde de reikwijdte van zijn inspanningen zich elke dag uit.

Aan de communie voegde hij langdurig en inwendig gebed toe,

hetzij in de eenzaamheid van zijn kamer, hetzij in de kerk.


Hij was vol bewondering en diep ontroerd

bij de gedachte dat de priester de Communie bracht aan zieken en zwakken.

"Ik dankte God dat Hij Zichzelf tot voedsel voor ons hart had gemaakt, door in te stemmen met deze wonderbaarlijke vernedering van Zichzelf te vermenigvuldigen in de ronde witheid van de Hostie...

Ik stelde me voor dat deze Geest van waarheid werkelijk en wezenlijk het armenhuis binnenkwam waar een zieke op Hem wacht. En ik dacht aan de onvergelijkelijke Genade die God mij schonk: het feit dat ik Hem zo makkelijk kon ontvangen, terwijl ziekte of grote afstand tot welke kerk dan ook zovele zielen tot voortdurende ontbering veroordeelt."




Bovennatuurlijke lichten,

tranen die zijn ziel in God verwijdden,

opeenvolgende vertroostingen en dorre tijden:

onder de vruchtbare inval van deze Genaden, die hem het gevoel van Gods aanwezigheid gaven,

werd een onvergelijkelijk werk in Schwobs ziel volbracht, een volledig goddelijke transformatie. 


En eindelijk...

kwam de grote ontdekking om het werk van Genade te vervolmaken:

"Vanmorgen in de kerk kwam de ontdekking van ware nederigheid: het gevoel dat we alles ontvangen van Hem, aan wie we onze tijd besteden door Hem te beledigen. Het gevoel dat we niets waardevols geven in ruil voor alles wat we ontvangen. Een onontkoombaar gevoel van schaamte."'


[bron]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten