Mandai, Senhor, o Vosso Espírito
e renovai a terra.
1. Bendiz ó minha alma o Senhor
Senhor, meu Deus, como sois grande!
Revestido de esplendor e majestade
envolvido em luz como num manto.
2. Como são grandes, Senhor, as Vossas Obras!
Tudo fizestes com sabedoria: a terra está
cheia das Vossas Criaturas!
Bendiz, ó minha alma, o Senhor!
3. Todos de Vós esperam
que lhes deis de comer a seu tempo.
Dais-lhes o alimento e eles o recolhem
abris a mão e enchem-se de bens.
4. Se lhes retirais o alento, morrem
e voltam ao pó donde vieram.
Se mandais o Vosso Espírito, retomam a vida
e renovais a face da terra.
5. Glória a Deus para sempre!
Rejubile o Senhor nas Suas Obras.
Grato Lhe seja o meu canto
e eu terei alegria no Senhor.
*
Zend, Heer, Uw Geest
en vernieuw de aarde.
1. Prijs de Heer, o mijn ziel
de Heer mijn God, hoe groot zijt Gij!
Gekleed met pracht en majesteit,
gehuld in Licht als een mantel.
2. Hoe groot, Heer, zijn Uw Werken!
Gij hebt alles verstandig gedaan:
de aarde is vol met Uw Creaturen!
Prijs de Heer, o mijn ziel!
3. Al de Uwen verwachten
dat Gij ze in het seizoen zult voeren.
Gij geeft ze te eten en zij verzamelen het
Gij opent Uw hand en ze vullen zich met goederen.
4. Als Gij hun de adem beneemt, sterven ze
en keren ze terug naar het stof waaruit ze kwamen.
Als Gij Uw Geest stuurt, komen ze tot leven
en vernieuwt Gij het oppervlak van de aarde.
5. Glorie aan God voor altijd!
Laat de Heer zich verheugen in Zijn Werken.
Dierbaar moge Hem mijn lied zijn
en moge ik mij verheugen in de Heer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten