De goddelozen zullen naar het graf worden geleid.
Het is natuurlijk. Lucifer kan alle hulp geven aan zijn favorieten, aan zijn toegewijden, aan zijn slaven, maar geen immuniteit tegen de dood. Want Ik alleen ben het Leven, en Ik alleen heb de dood overwonnen.
Daarom, wanneer de maat van het kwaad begaan door de goddelozen vol zal zijn, zal ik de dood bevelen om bezit te nemen van dit vlees, dat hierdoor de verschrikking van het graf zal kennen. En voor de goddelozen zal het een echt graf zijn.
-
Voor de goeden, voor de verlosten, voor degenen die vergeven zijn...
is het niet zo, aangezien zij geloven en wat zij weten/kennen berust op hun geloof.
Het is een plaats waar het sterfelijke kleed terugkeert naar zijn stoffige aard, waardoor de geest vrij is om het uur af te wachten waarop datgene wat geschapen is zichzelf zal herschikken, om de heerlijkheid of verdoemenis binnen te gaan, met de perfectie van de schepping die God voor de mens heeft geschapen: d.w.z. met de vereniging van een geest met een vlees.
Onsterfelijke geest als God, zijn Schepper en Vader.
Sterfelijk vlees als voor een landdier, koning van de aarde, erfgenaam van de hemel...
Maar die te vaak de aarde verkiest boven de hemel, en zich gedraagt als een dier, niet omdat hij een ziel heeft, maar omdat hij niet minder, en soms zelfs meer, leeft als een dier dan als echte dieren.
Zielen, gescheiden van lichamen, hebben drie woningen.
En ze zullen ze hebben totdat er nog maar twee over zijn...
na het Oordeel, dat in alle eerlijkheid zal worden geveld.
De zaligen genieten onmiddellijk van de eeuwige rust.
Zij die actief lijden, bereiken hun verzoening door te denken aan het uur van hun bevrijding in God.
De verdoemden zijn geagiteerd in de woede van het verloren goede, en vinden des te minder rust in hun vreselijke martelingen, naarmate ze goddelozer zijn geweest.
Maar de goddeloze, die door zijn goddeloosheid anderen tot goddeloosheid en zonde heeft geleid, zal als een rusteloos baken zijn in een stormachtige zee.
Voor hem zal de menigte staan van degenen die door hem zijn gedood (in hun ziel).
Voor hem zal de levende herinnering staan van zovele zielemoorden gepleegd door hem.
En wroeging - die de moordenaar geen rust geeft sinds de dag dat Kaïn het bloed van zijn broer vergoot - zal hem veel gruwelijker slaan dan de zwepen van de hel.
Hij zal waken/wakker zijn over zijn misdaad, begaan tegen God in Zijn schepselen, als een woedend beest dat zielen heeft verwoest.
Het is verschrikkelijk om het bewijs van je wandaden voor je te hebben!
Straf toegevoegd aan de andere straffen!
Verschrikking zonder maat.
Net zoals de fouten van de goddelozen onder de zondaars tal-loos zijn.
[7.8.43]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten