Het werk van Broeder Albert en de cultus rond zijn persoon leven op veel plaatsen, met name in het zuidelijk-oostelijke Roztocze. De paden die hij bewandelde werden met verering opgenomen in het 'Broeder Albert Pad' dat loopt over een lengte van 47 km van Horyniec Zdrój via Werchrata naar Narol.
Deze heuvels worden gevolgd door vele pelgrims en toeristen,al avn voor de tijd dat hij heilig werd verklaard. Ze kijken naar de tempels en de kapellen waar hij bad, de hermitage waar hij woonde met zijn medebroeders, ze zien dezelfde landschappen die ook de ogen van de heilige bevielen. Dit zijn plaatsen waar fluisterend wordt gebeden.
Hoewel arm, diep in de kloven en bossen van Roztocze, bedekt met de genade van God, ervaren door iedereen die hier komt, zelfs de minder vrome, wordt de mooie figuur van St. Albert door iedereen omhelsd zonder uitzondering, nog steeds, op dezelfde manier als ook de zalige Zuster Bernardine dat deed, om hem te volgen en de allerarmsten te dienen.
Een van die plekken bevindt zich direct aan de grens met Oekraïne:
De Hermitage van de Zusters Albertine in Prusie
De hermitage bestaat niet meer. De overgebleven kapel ligt aan de rand van het dorp Prusie. Ze werd opgericht door de bewoners ter nagedachtenis aan het toevluchtsoord van de Zusters Albertijnen dat hier in de jaren 1897-1914 bestond. Het staat op een zeshoekige sokkel met ingebedde tabletten die de geschiedenis van de hermitage beschrijven.
Eerste tablet:
Op deze plaats stond in de jaren 1897-1914 een van de eerste hermitages van de Congregatie van de Zusters Albertijnen, opgericht door H. Broeder Albert, om de armen, de zieken en de verlaten arme mensen in opvanghuizen te helpen. De hermitage was een rustplaats voor zusters met een slechte gezondheid en uitgeput door het harde werk in de opvangcentra, die, nadat ze hun fysieke en spirituele kracht hadden versterkt, weer aan het werk gingen.
Tweede tablet:
De hermitage van de zusters was het centrum van christelijke barmhartigheid voor mensen uit het hele gebied. In de geest van broeder Albert voorzagen de zusters in menselijke behoeften. Ze leerden mensen weven, genezen met kruiden, en door een goed voorbeeld en onderricht in de catechismus brachten ze mensen dichter bij God. De lokale mensen waren ook aardig voor de zusters en steunden hen met materiële hulp.
Derde tablet:
De hermitage in Prusie bestond uit twee houten huizen, een boerderij en een tuin. Het was omgeven door weilanden en bossen. De eigenaren van het pand waren eerst graaf Dębicki, daarna de heer Homolacz, en in 1905 kwam het pand in handen van een jood genaamd NN, die de zusters een hoge huur voor de pacht in rekening bracht.
Vierde plaat:
In 1898, de Dienaar van God Bernardine, Maria Jabłońska, geb. 5 augustus 1878 in Pizuny, parochie Lipsko. Op 18-jarige leeftijd volgde ze haar roeping. Op 13 juni 1896 ontmoette ze broeder Albert in Horyniec, die haar als zuster aannam. In latere jaren bezocht zr. Bernardine, als algemene overste van de zusters, vaak de hermitage in Pruisen en hield hier samen met de zusters retraites."
Vijfde tablet:
De hermitages maakten deel uit van het geheel van werken van Bl. Broeder Albert, die zei: Als er geen kluizenaarshuizen zijn, zal het zelfs niet mogelijk zijn om onderdak voor de armen te regelen, omdat er geen volharding, toewijding en kracht zal zijn om te kunnen dienen.
Zesde tablet:
Er was een kleine openbare kapel in de hermitage waar de franciscanen eenmaal per week de mis vierden en andere diensten. Op zon- en feestdagen gingen de zusters met de mensen naar de mis, naar Horyniec, Rawa Ruska, Lipsk of Narol, ongeacht het slechte weer, de regen of sneeuwbanken.
[bron]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten