maandag 5 mei 2025

voor nieuwe paus 2

H. SCHRIFT


dag 3

'Want Mijn Vlees is waarlijk voedsel,

en Mijn Bloed is ware drank.

Wie Mijn Vlees eet en Mijn Bloed drinkt,

die blijft in Mij, en Ik in hem.


Zoals de levende Vader Mij gezonden heeft,

en Ik leef door de Vader;

zo ook zal wie Mij eet, leven,

omwille van Mij.


Dit is het Brood dat uit de Hemel is neergedaald,

niet zoals de vaderen aten en stierven;

wie van dit Brood eet,

zal eeuwig leven.'


Deze dingen zei Hij in de synagoge,

terwijl Hij te Kapernaüm onderwees.


Toen zij dit hoorden, zeiden velen van Zijn leerlingen:

'Dit is een harde uitspraak! Wie kan daar naar luisteren?'


Tengevolge hiervan trokken velen van Zijn leerlingen zich terug en verlieten Zijn gezelschap. 

Toen zei Jezus tegen de twaalf: 'Willen jullie ook niet weggaan?'


Simon Petrus antwoordde Hem: 'Heer, naar wie zouden we heengaan?

Gij spreekt woorden van eeuwig leven.

En wij geloven en wij weten zeker

dat Gij de Heilige van God zijt.'


Jezus antwoordde hun:

'Heb Ik niet jullie twaalf uitgekozen?

En één van jullie is een duivel.'


Maar Hij sprak over Judas, de zoon van Simon, van Iskariot.

Want deze man, een van de Twaalf, stond op het punt Hem te verraden.

[Joh.55-60 + 66-71]


-Transfiguraite (Duccio)-

dag 4

En na zes dagen, nam Jezus Petrus, Jakobus en diens broer Johannes met Zich mee

en leidde hen een hoge berg op, waar zij alleen waren.

En Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd;

en Zijn Gezicht straalde als de zon,

en zijn kleren werden wit als het licht.


En zie,

daar verschenen aan hen Mozes en Elia,

die met Hem spraken.


Toen nam Petrus het woord en zei tegen Jezus:

'Heer, het is goed dat we hier zijn.

Als Ge wilt, zet ik hier drie tenten/tabernakels op:

één voor U, één voor Mozes en één voor Elia.'


Terwijl hij nog sprak, zie,

een lichte(nde) wolk overschaduwde hen.

En zie, een Stem uit de wolk zei:

'Dit is mijn geliefde Zoon,

in Wie Ik Mijn welbehagen heb.

Luister naar Hem.'


Toen de leerlingen dit hoorden,

wierpen ze zich op hun gezicht

en werden zeer bevreesd.

[Mt.17:1-6]


(Carl Heinrich Bloch)

dag 5

Intussen zat Petrus op de open binnenplaats.

Hier trad een dienstmeisje op hem toe en zei: 'Jij was ook bij Jezus de Galileeër.' Maar hij ontkende het waar allen bij waren en zei: 'Ik weet niet wat je bedoelt.' 

Hierna ging hij naar het poortgebouw...

maar een ander dienstmeisje merkte hem op en zei tot de aanwezigen: 'Die daar was bij Jezus de Nazareeër!' Hij ontkende opnieuw met een eed: 'Ik ken die mens niet.'

Even daarna...

kwamen de omstanders dichterbij en zeiden tot Petrus: 'Waarachtig, jij bent er ook een van! Het is duidelijk aan je spraak te horen.' Toen begon hij te vloeken en te zweren: 'Ik ken die mens niet.'

Onmiddellijk daarop kraaide een haan. 

En Petrus herinnerde zich het woord van Jezus die gezegd had: 'Voor het kraaien van de haan, zult ge Mij driemaal verloochenen.' Hij ging naar buiten en begon bitter te wenen.



(P.P. Rubens)

dag 6

Na het ontbijt zei Jezus tot Simon Petrus:

'Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij meer lief dan dezen?' Hij antwoordde: 'Ja Heer, Gij weet, dat ik U bemin.' Jezus zei hem: 'Weid Mijn lammeren.'

Nog een tweede maal zei Hij tot hem: 'Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij lief?' Waarop deze antwoordde: 'Ja Heer, Gij weet dat ik U bemin.' Jezus hernam: 'Hoed Mijn schapen.'

Voor de derde maal vroeg Hij: 'Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij lief?' Nu werd Petrus bedroefd, omdat Hij hem voor de derde maal vroeg: 'Hebt ge Mij lief?' en hij zei Hem: 'Heer, Gij weet alles: Gij weet dat ik U liefheb.' Daarna zei Jezus hem: 'Weid Mijn schapen...

Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: toen ge jong waart, deed ge zelf uw gordel om en ging waarheen ge wilde, maar wanneer ge oud zijt, zult ge uw handen uitstrekken, een ander zal u omgorden en u brengen waarheen ge niet wilt.'

Hiermee zinspeelde Hij op de dood waardoor hij God zou verheerlijken. En na deze woorden zei Hij hem: 'Volg Mij.'




(Charles Poërson)

dag 7

Petrus trad naar voren met de elf en verhief zijn stem om het woord tot hen te richten: 

'Gij allen, joodse mannen en bewoners van Jeruzalem, weet dit wel en luistert aandachtig naar mijn woorden. Deze mensen zijn niet dronken zoals gij veronderstelt, het is immers pas het derde uur van de dag. Maar hier gebeurt wat door de profeet Joël gezegd is: 

"Het zal geschieden in de laatste dagen, zegt God, dat Ik Mijn Geest zal uitstorten op alle vlees/over alle mensen: Uw zonen en dochters zullen profeteren, uw jongeren visioenen zien, uw ouderen zullen droomgezichten ontvangen, ja zelfs over Mijn slaven en slavinnen/dienaars en dienaressen zal Ik in die dagen Mijn Geest uitstorten en ze zullen profeteren."'



Geen opmerkingen:

Een reactie posten