woensdag 10 april 2024

ste baume 5





'Jij bood Mij

geparfumeerd water aan voor Mijn vermoeide Voeten

en kuise, maar vurige kussen voor Mijn Handen.'


'Nog niet tevreden

wilde je je laatste kostbare vaasje breken

en Mijn Hoofd zalven door Mijn Haar te kammen zoals een moeder dat doet

en dan Mijn Handen en Voeten zalven zodat je hele Meester lekker zou ruiken

zoals de ledematen van een gewijde koning...'


'Toen gaf Judas, die jou háátte

omdat jij voortaan eerzaam was

en met je eerzaamheid de lusten van mensen/mannen afwees/verwierp

jou een berisping...'


'Maar Ik verdedigde je

omdat je dit allemaal uit Liefde had volbracht.

Een Liefde zo groot

dat de herinnering eraan Mij vergezelde

tijdens Mijn Agonie, de donderdagavond

tot het uur van de noen (vr.15u).'







'Het is vanwege deze daad van Liefde

die jij Mij gaf op de drempel van Mijn Dood

dat Ik nu, op de drempel van jouw dood, kom

om je met Liefde te belonen.'


'Je Meester houdt van je, Maria.

Hij is hier om het je te vertellen.

Wees niet bang.

Wees niet bang voor nog een dood.'


'Jouw dood verschilt niet

van de dood van hen die hun bloed voor Mij hebben vergoten.

Wat geeft de martelaar? Zijn leven, uit Liefde voor zijn God.

Wat geeft de boeteling? Zijn leven, uit Liefde voor zijn God.

Wat geeft hij die liefheeft? Zijn leven, uit liefde voor zijn God.'


'Je ziet dat er geen verschil is.

Martelaarschap, boetedoening en liefde

consumeren hetzelfde offer

en voor hetzelfde doel.'


'Er is daarom in jou, die berouwvol is en liefheeft

hetzelfde martelaarschap als hij die omkomt in de arena.


'Maria, Ik ga je voor in de Glorie.

Kus Mijn Hand en rust in vrede.

Rust uit/Ontspan.

Het is tijd dat je wat rust neemt.

Geef Mij je doornen.

Nu is het tijd voor rozen.

Rust en wacht.

Ik zegen je, Mijn gezegende.'





Jezus liet Maria op haar bed gaan liggen.

De heilige, haar gezicht badend in tranen van extase

ging liggen zoals haar God het wilde.


Ze lijkt nu te slapen,

met haar armen gekruist op haar borst;

haar tranen blijven stromen,

maar haar mond lacht.


Ze staat op om te gaan zitten

als er een helder licht in de grot verschijnt

veroorzaakt door de komst van een engel

die een kelk draagt 

die hij op het altaar plaatst

en die hij aanbidt.


Marie, geknield naast haar bed, aanbidt mee.

Ze kan niet meer bewegen.

Haar kracht laat haar in de steek.

Maar ze is blij.


De engel neemt de kelk

en geeft haar de Communie.

Dan gaat hij terug naar de hemel.


Als een bloem die verbrand is door een te hete zon

buigt Marie zich voorover, haar armen nog steeds gekruist op haar borst

en valt, met haar gezicht in de bladeren van haar bed.

Ze is dood.


Eucharistische extase

sneed de laatste draad door

die haar in leven hield.


[valtorta]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten