Een betonnen gebouw, zonder ramen
voorzien van lichtgevende glasbuisjes
aan de bovenzijde open
en alleen toegankelijk
via een massieve stalen deur.
Licht, vuur, water en lucht
zijn de vier elementen
die in de kapel worden weerspiegeld.
Het gebouw
dat doet denken aan een enorme wigwam
blijft echter voor sommige locals vreemd.
Toen de kapel in 2007 werd geopend
was er grote opwinding in de omliggende steden
zegt stadsplanner Thomas Schreiber.
'Natuurlijk waren er in het begin discussies. Zeker, in de Eifel! Alles wat nieuw is, daar denk je over na, dat bespreek je; en enkelen hebben er zich ook over opgewonden, omdat men zoiets niet kende: een heel moderne vorm van architectuur, heel moderne vorm van kapel. Dat waren zaken waar mensen niet meteen mee om konden gaan, omdat een kapel er heel anders uitziet, toch, dan wat er nu staat, en het was uiteraard zo, dat er toch wel weerstand was.'
Niettemin brokkelt het verzet gestaag af.
Door de jaren heen is het gebouw steeds meer
verweven geraakt met het landschap.
'De kapel is gemaakt
met materialen uit de regio
en met hout en wit cement.
Dat hebben ze ook verbrand.
Houtblokken, die tot houtskool werden verbrand.
En als je daar dan binnen kwam, dan rook het naar vuur.
Zo kun je je voorstellen: de kluizenaar die bij het vuur zat
die moet dat ook geroken hebben.'
De kapel is gewijd aan de kluizenaar
en Zwitserse nationale heilige Nikolaus von der Flüe
die ook door de moeder van toparchitect Peter Zumthor
diep bewonderd werd.
Niet alleen de geur
van brandende houtskool doet aan hem denken
maar ook een wiel in het interieur en een naar hem gemodelleerde buste.
Zonder de connectie met Nikolaus von der Flüe zou de drukke bouwmeester
wellicht nooit bij het project betrokken zijn geraakt.
'Er wordt gezegd dat hij geen vergoeding ontving
maar dat hij het deed voor Gods beloning.'
'En het proces, het planningsproces zelf, duurde ook heel lang.
Jaren lang belden de Scheidtweilers telkens opnieuw en vroegen hoe ver hij was.
En dan kwam telkens zijn vrouw aan de telefoon, die zei:
"Ja hoor, mijn man heeft hier wat schetsen gemaakt
die hangen op het keukenkastje..."'
De kapel werd opgeleverd in 2007.
Negen jaar na de opdracht.
De stroom bezoekers is sedertdien niet meer gestopt.
Er moest een parkeerplaats worden aangelegd en
de bewoners moesten gerustgesteld worden.
Toch zijn er nog steeds kleine conflicten.
De bezoekers hebben verschillende interesses.
Aan de ene kant gelovigen, die in Duitsland weinig gelegenheid hebben om tot Broeder Klaus te bidden. En aan de andere kant architecten, die komen en alles willen fotograferen.
Die twee ontmoeten elkaar nu, in dit prachtige interieur.
Sommigen willen rust vinden, anderen willen foto’s maken.
En dat lukt niet altijd even goed.
De opdrachtgever
boer Herman-Josef Scheidtweiler uit de Eifel
heeft met de kapel een toeristische trekpleister gecreëerd
die niet zo gepland was.
Langzaam maar zeker
vreet de tand des tijds aan het gebouw.
Maar dat is opzettelijk en gepast.
De regen blijft door het open dak vallen
waardoor er een plas op de grond ontstaat
die op een wolk lijkt.
In de winter is het koud en onherbergzaam
in het kleine interieur van de Broeder Klauskapel.
Maar de uitstraling van het gebouw heeft nog steeds
een rustgevend effect op de meeste bezoekers
zodat ze hun camera's en mobiele telefoons
voor korte tijd uit kunnen zetten.
[bron]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten